In de ideale wereld zou je tot tien tellen, maar de ideale wereld bestaat niet. En als het stemhokje nadert en er ‘ineens’ een groot onderwerp op tafel ligt waar je je mening over kan geven (de tekorten in de jeugdzorg), dan wordt de verleiding om er iets over te roepen wel erg groot.
Misschien is het dan ook niet verbazingwekkend dat partijen zich laten verleiden tot paniekvoetbal. Onze Apeldoornse collega’s van het CDA lijken de knoop al te hebben doorgehakt: er moeten minder aanbieders komen.
Laatst las ik het advies om op je CV juist je briljantste blunders te vermelden. Het idee was dat je daarmee laat zien dat je een lerend mens bent. Dat begon al toen je leerde lopen. Leren doe je met vallen en opstaan. En vallen is niet erg, maar blijven liggen wel. Vallen hoort erbij, je komt weer overeind, en je probeert opnieuw. En je probeert te voorkomen dat je dezelfde fout maakt.
Een aantal ontwikkelingen in het basisonderwijs in Apeldoorn geven al langere tijd reden tot zorg. Zo komt het in Apeldoorn voor dat tweede en derde kinderen van één gezin niet op dezelfde basisschool kunnen worden geplaatst. Voorbeelden die recent in het nieuws waren zijn de wijken Ugchelen en Zuidbroek, maar in mindere mate speelt dit ook in andere wijken.
“Hoe lang eten we al ananassen op de maan? Als we maar een keer onze buik vol konden eten aan tomaten hier op aarde!” Andrej Noejkin sloeg hiermee de spijker op z’n kop: beloften en mooie woorden betekenen niets, als er geen consequenties (lees: resultaten) aan verbonden zijn. Ananas eten op de maan kan nog zo fantastisch worden voorgesteld, we hebben meer aan tomaten die we ook daadwerkelijk kunnen eten. Bij het lezen van deze uitspraak moest ik meteen denken aan onze wil om beter met de wereld om te gaan. Als we willen verduurzamen, moeten we geen hypothetisch paradijs schetsen, maar moeten we gericht zijn op hoe we echte resultaten kunnen bereiken.