Apeldoorn Regenboogstad
Twee weken geleden werd bekend dat Ede als één na laatste grote gemeente het predicaat regenbooggemeente gaat voeren. U raadt het misschien al: die laatste grote gemeente die zichzelf nog niet regenbooggemeente noemt is Apeldoorn. Dit was de aanleiding voor GroenLinks om samen met een aantal andere partijen ook in Apeldoorn opnieuw het vraagstuk op de agenda te zetten.
Als ChristenUnie zijn wij tegen álle vormen van discriminatie, dus óók wanneer dit de LHBTI gemeenschap treft. Vanuit dat oogpunt zou je ook kunnen betogen dat het niet noodzakelijk zou moeten zijn om één specifieke doelgroep uit te lichten. Sterker nog, onze grondwet biedt reeds bescherming tegen iedere vorm van discriminatie. De Eerste Kamer heeft zelfs zeer recent nog (afgelopen dinsdag) ingestemd met een voorstel om ook discriminatie op grond van seksuele geaardheid toe te voegen aan Artikel 1, met steun van de ChristenUnie. Voegt deze motie dan eigenlijk nog wat toe? Of is het vooral symboliek?
Tegelijkertijd wijzen onze collega’s terecht op een recent onderzoek van I&O, waaruit blijkt dat LHBTI’ers in Gelderland zich twee keer zo vaak onveilig voelen, dan niet-LHBTI’ers. Dit is kwalijk en verdrietig. Wat ons betreft is het goed om hier als overheid aandacht aan te besteden. Niet voor niets is dit thema ook opgenomen in ons landelijke verkiezingsprogramma:
Toch hadden wij moeite met een aantal onderdelen uit het voorstel van onze collega’s.
Met name de oproep om seksuele diversiteit op scholen, bij maatschappelijke organisaties en religieuze instellingen onder de aandacht te brengen riep bij ons toch wat vragen op.
Moet je je hier daar als overheid überhaupt in willen mengen? Mag dat wel? Kan dat wel? Hoe verhoudt zich dit tot het eveneens grondwettelijke recht op de vrijheid van onderwijs of godsdienstvrijheid? Gáát het college hier überhaupt wel over, en zo niet, vragen we hier dan iets van het college wat helemaal niet kan?
In de raadsvergadering hebben wij zowel de indieners als ook het college hierop bevraagd.
Uit de antwoorden bleek dat we dit moeten opvatten als “onder de aandacht brengen” van normen en waarden ten aanzien van acceptatie en diversiteit (en dus niet een mening daarover opdringen aan wie dan ook). Dat iedereen in onze gemeente zich welkom en veilig moet voelen, ongeacht “godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook”. Zoals dat ook de grondwet staat. En daar staan wij volledig achter.
Met deze toelichting kunnen wij instemmen met het voorstel.